Iefke de Leeuw, docente Nederlands aan de Katholieke Scholengemeenschap Hoofddorp, schreef een gloedvol en sterk onderbouwd betoog voor het gebruik van graphic novels bij de literatuurles. Voor iedereen die nog niet overtuigd is!

Jongeren zijn anders gaan lezen en worden op een andere manier geconfronteerd met literatuur. Ze lezen niet meer uitsluitend boeken, maar lezen daarnaast ook stripverhalen en graphic novels of ze worden geconfronteerd met literaire verhalen via videogames, weblogs, podcasts, wiki’s…

(Soetaert 2006; Gillieron & Kilgariff 2007; Rutten, Vanhooren & Vanbrabant 2008)

Het mondeling van de eindexamenkandidaten staat weer voor de deur. De aanloop valt niet mee. Mopperende leerlingen, lange gezichten voeren de boventoon en waarom? De jongeren moeten lezen. Ze vinden het saai of moeilijk, ze zijn bezig met heel andere dingen. Alles gaat snel en een boek lezen gaat juist heel traag. Voor veel pubers die leven in een snelle wereld is het lezen van een boek een soort monnikenwerk, aldus Lorianne van Gelder (2017).

Is er geen manier om de jeugd te enthousiasmeren voor literatuur?

Zeker wel, zegt Stripmaker des Vaderlands Margreet de Heer.

Zij heeft met medewerking van Bas Schuddeboom en Willard Mans de Graphic Novel gids voor de leeslijst samengesteld. De literaire strip, de graphic novel verdient volgens haar een vaste plek op de leeslijst. Is dat zo? Ja, dat is zo!

De graphic novel

Volgens Tabachnick (2010) is een graphic novel een uitgebreid stripverhaal, geschreven door volwassenen voor volwassenen, die een serieuze inhoud bevat, gegoten in prachtige beelden met pakkende tekst. Er wordt gebruik gemaakt van moeilijke productietechnieken en het geheel wordt op hoog kwaliteit papier gedrukt.

Bas Schuddeboom (2018) wil daar nog aan toevoegen dat de hoofdpersoon in een graphic novel een ontwikkeling doormaakt. Het verhaal wordt gestuurd door de karakterontwikkeling.

Uit de inleiding van ‘Graphic Novels voor de Leeslijst’

Dit zie ik heel duidelijk terug in de prachtig vormgegeven literaire strip Familieziek (Peter van Dongen), gebaseerd op de gelijknamige roman geschreven door Adriaan van Dis. Deze stripbewerking geeft een zeer beklemmend beeld van een getraumatiseerd gezin uit Nederlands-Indië dat probeert te aarden in Nederland van de jaren 1950. Bij het mondeling kun je met de kandidaat uitgebreid stilstaan bij de relatie van meneer Java en zijn zoon.

Uit: ‘Familieziek’, door Peter van Dongen en Adriaan van Dis

Doel literatuuronderwijs

In de kerndoelen van de SLO (2006) voor het voorgezet onderwijs, niveau 2F, staat over het leerdoel fictie en literatuur het volgende: de leerling kan literaire teksten lezen, interpreteren en begrijpen. De student kan literatuur lezen met een heldere structuur en waarin de spanning van de dramatische verhaallijn af en toe wordt onderbroken door gedachten of beschrijvingen, geschreven in alledaagse taal. Het gaat over herkenbare situaties, gebeurtenissen en emoties. De kandidaat kan uitleggen en beschrijven wat personages denken, voelen, hoe ze eruitzien qua uiterlijk en innerlijk en hoe ze handelen. Belangrijk is hierin de beschrijving van de karakterontwikkeling. En is het verhaal realistisch?

Iedere vakgroep Nederlands buigt zich over het samenstellen van het curriculum. Hoe bereiken we bovengenoemde doelen bij onze leerlingen. Hoe vullen we de lessen literatuur in? Blijven we bij alleen literair werk, of vraagt het onderwijs van nu om een andere invulling? Groenendijk (2018) zegt dat we het concept tekst breder moeten interpreteren, we moeten een lossere definitie van wat tekst is aanvaarden. Een literair product, schriftelijk, audiovisueel of verbaal, kan uitdagen tot perspectiefverandering en bestaande overtuigingen op losse schroeven zetten. (Gay, 2010)

De graphic novel draagt hieraan bij.

De literaire strip in het literatuuronderwijs

De graphic novel heeft zijn dienst al bewezen. In het onderwijs zijn er meerdere docenten Nederlands die de strip aanbieden en behandelen. Deze strips dragen bij aan het verhogen van het leesplezier van leerlingen en er wordt interesse gewekt voor literatuur in het algemeen. (Van Gysel, 2012)

De graphic novel heeft een aantrekkingskracht, waardoor leerlingen erin willen bladeren, ze willen hem lezen en bestuderen. Dit komt vooral door de vormgeving, grafische stijlen en publicatievormen. Beeld en woord worden gecombineerd en op een unieke wijze samengebracht. De afbeeldingen ondersteunen de tekst. Het vraagt een bepaalde manier van lezen en interpreteren. De interesse is gewekt!

De leerlingen zijn dagelijks in aanraking met de beeldcultuur. Informatie wordt veel meer gehaald van internet dan uit boeken. De beeldroman komt zo tegemoet aan de behoefte van de leerling die meer visueel is ingesteld en aan de leerling die niet of nauwelijks gemotiveerd is om te lezen.

Van Gysel (2012) zegt tevens dat voor leerlingen met leesmoeilijkheden de graphic novel een uitkomst is. De gelezen gebeurtenissen worden ook afgebeeld in tekeningen, waardoor deze leerlingen die gebeurtenissen zich concreet kunnen voorstellen. In veel gevallen leest de leerling de literaire strip twee keer om echt alles te kunnen opnemen.

Er is een groot nadeel aan de graphic novel volgens Downey (2009) en meerdere docenten. Men is bang is dat de afbeeldingen de fantasie van de leerling belemmeren. De afbeeldingen prikkelen juist de fantasie. Het verhaal wordt concreet voorgesteld en dat geeft de leerling houvast. Een ander nadeel zou kunnen zijn dat de leerling niet leert zich langere tijd te concentreren. De leerling zou wel leren zich langer te concentreren bij het lezen van romans. Maar is dat echt zo? Ik denk van niet.

Ik ben het met Tabachnick (2010) eens, het lezen van een literaire strip vraagt juist veel van de concentratie. De pakkende beelden en de artistieke opzet van het verhaal zorgen ervoor dat de leerling langer de aandacht bij het verhaal kan houden.

Bij een roman is de overdaad aan tekst vaak een struikelblok en dan is de concentratie na enkele minuten verdwenen. Zonde! Ik wil dat de leerling geniet van het verhaal en als klap op de vuurpijl ook nog kan vertellen wat het verhaal met hem deed.

Een andere reden om de graphic novel meer te gebruiken in de literatuurles is de volgende: je kunt de literaire strip inzetten om leerlingen de conventies van het vertellen van een verhaal te illustreren bij te brengen. Ook voor het aanleren van begrippen zoals titel, tijd en ruimte, personages, doel en/of probleem, plan en/of acties en oplossingen leent de graphic novel zich prima. De docent zorgt in zijn lessen dat de uitdagende opdrachten aansluiten bij de doelen van het SLO. Een belangrijk aspect bij deze lessen is het behandelen van de panelen. De strip is opgebouwd uit panelen die vaak voorzien zijn van tekst en beeld. Het is zeer interessant te bespreken wat er in de panelen gebeurt, maar ook wat er tussen de panelen gebeurt. Wat zijn de verbanden? (Van Gysel, 2012)

In de gids die is samengesteld door Margreet de Heer staat bij ieder beeldverhaal een aantal vragen die de docent zou kunnen stellen of die de leerling zichzelf zou kunnen stellen. Het leggen van verbanden komt hier ook aan bod. Het geeft houvast!

Missie

Ik stel voor dat de docenten Nederlands dit genre gaan omarmen. De beeldroman kan makkelijk naast gewone literatuur gelezen worden. De voordelen spreken voor zich. Het leesplezier wordt bevorderd voor zowel de gevorderde lezer als voor de moeilijke lezer. De afbeeldingen ondersteunen het literaire verhaal, waardoor de leerling het zich concreet voor kan stellen. De graphic novel is een prachtig medium, een bijzondere vorm van literatuur om de doelen van het SLO te bereiken. De docent enthousiasmeert de puber en verzorgt uitdagende, spannende en prikkelende lessen rondom dit genre.  De rol van de docent is hier wel essentieel. De Gids graphic novels voor de leeslijst is een mooie opstap om iedereen de gelegenheid te geven zich in de beeldromans, of de literaire strip zoals ik het graag wil noemen, te verdiepen. Volgend jaar maar eens met de collega’s om de tafel. Ik

heb een missie. Ik wil de graphic novel onder de aandacht brengen van mijn sectiegenoten en ik wil de literaire strip een vaste plek geven op de leeslijst.

Deze docent is hartstikke hip, met haar literaire strip!

Iefke Tet Bakker – de Leeuw
docent Nederlands
Katholieke Scholengemeenschap Hoofddorp

Literatuur

Van Dongen, P. (2017). Familieziek. Scratch.

Downey, E.M. (2009). Graphic Novels in Curriculum andInstruction Collections. Reference and User Services Quarterly

Gay, G. (2010). Culturally responsive teaching: Theory, research, and practice. New York: Teachers College Press

Van Gelder, L. (2017). Graphic novels maken literatuur voor jongeren leuker. Geraadpleegd op 17 januari 2019, van https://www.parool.nl/kunst-en-media/graphic-novels-maken-literatuur-voor-jongeren-leuker~a4444752/h

Gillieron, R., & C. Kilgariff (2007). The Bookalholics’ Guide to Book Blogs. UK: Marion Boyars.

Groenendijk, R. (2018). Literatuuronderwijs in het licht van bildung. Levende Talen Magazine 1, 12-15.

Heer, M. de (2018). Graphic novels voor de leeslijst. Leens: Personalia.

Rutten, K., Vanhooren S., & Vanbrabant P. (2008). Boek versus Web. De literaire blog.

SLO (2006). Kerndoelen in het voortgezet onderwijs. Geraadpleegd op 17 januari 2019, van http://www.slo.nl/voortgezet/onderbouw/vakportalen/

Soetaert, R. (2006). De cultuur van het lezen. Den Haag: Nederlandse Taalunie.

Tabachnick, S. E. (2010). The graphic novel and the age of transition: a survey and analysis. English literature in transition: 1880-1920.

Van Gysel, F. (2012). De nieuwe leescultuur. Uitdagingen literatuurdidactiek in de lerarenopleiding. In Bundel 26, Zesentwintigste conferentie Het Schoolvak Nederlands (pp. 170-174)